Naar aanleiding van vragen van bewoners en een artikel in het AD stelden wij vragen aan het college. Ondanks het zomerreces werken we er aan zsm antwoord op deze vragen te krijgen.
‍

--------------------------------------------------------

Oudewater 30-7-2025

Schriftelijke vraag aan College van B&W van Oudewater.

Via de media wordt er aandacht gevraagd voor het onderhoud van beplating met doornen.

De overlast van de gesnoeide struiken is meer dan vervelend voor mensen, kinderen, dieren, luchtbanden van fietsen en auto’s etc. Laatst de overlast van struiken aan de Ravelijnstraat en ook wordt in de Noordsyde overlast hiervan ervaren. Wij zijn groot voorstander van groen en biodiversiteit. Laat daar geen misverstand over bestaan. Wij vragen ons af of stuiken met (grote) doornen en prikkels passend zijn in een drukke leefomgeving. Wij verwachten dat met vriendelijkere beplanting een even grote biodiversiteit kan worden bereikt.

De onafhankelijken stimuleren inwoners om openbaar groen te adopteren en dit goed te verzorgen. Uit de krant lezen wij  dat de organisatie hier geen medewerking aan verleend.

Wij hebben de volgende vragen.

• Wat is de afweging om in drukke leefomgevingen als woonwijken doornenstruiken te plaatsen in openbaar groen?
• Wanneer hier goede redenen voor zijn en het dus niet anders kan, wat wij betwijfelen, kan er dan zorgvuldig worden gesnoeid zodat de overlast zoals hierboven vermeden kan worden?
• Kan met andere “vriendelijkere” beplanting/struiken een gelijke of zelf betere diversiteit en ecologische waarde ontstaan?
• Wanneer prikkelstruiken niet noodzakelijk zijn is het college bereid om deze op termijn te vernieuwen voor vriendelijkere beplanting en tot die tijd de prikkelstruiken zorgvuldig te snoeien om overlast te voorkomen?
• Waarom wordt er niet meegewerkt wanneer een bewoner aanbied een stukje openbaar groen te onderhouden. Hiervoor hebben we toch mogelijkheden?
• Kunnen particulieren net als Greenspots een overeenkomst met de gemeente sluiten voor het onderhouden vanopenbaar groen?

Met vriendelijke groet,

René van den Hoogen

‍